De berekening van de fiscale aftrek start bij het 'eigen vermogen', zoals door de onderneming medegedeeld werd in de openingsbalans voor de belastbare periode. De component 'eigen vermogen' vervat de rekeningen kapitaal, uitgiftepremies, herwaarderingsmeerwaarden, reserves, overgedragen winsten of verliezen en de kapitaalssubsidies. Dit 'eigen vermogen' zal worden aangepast door een aantal bedragen te elimineren om zo te komen tot het in aanmerking komende of gecorrigeerd eigen vermogen. Dit laatste zal de basis vormen voor de berekening van de aftrek.
De volgende bedragen worden afgetrokken:
Notionele interestaftrek = Notionele rente x gecorrigeerd eigen vermogen