Terugbetaling thuis 'getankte' elektriciteit
Wanneer een werkgever een elektrische bedrijfswagen aanbiedt en de thuis 'getankte' elektriciteit van de werknemer vergoedt, moet er volgens de minister van Financiën normaal gezien een bijkomend voordeel van alle aard worden aangerekend. Dit voordeel komt overeen met het bedrag van de terugbetaalde elektriciteit. Echter, als aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan, kan dit voordeel worden vermeden. Een eerdere blogpost behandelde deze voorwaarden.
De minister heeft steeds vastgehouden aan zijn standpunt dat de terugbetaling van de thuis 'getankte' elektriciteit dient te geschieden op basis van de daadwerkelijke kosten voor elektriciteit. Een terugbetaling op basis van een gemiddeld tarief of de CREG/VREG-tarieven kunnen niet worden aanvaard.
De fiscus heeft een circulaire uitgevaardigd die het gebruik van een vast bedrag per kWh, gebaseerd op het "CREG-tarief", toestaat voor de berekening van de werkelijke elektriciteitskost. Dit geldt enkel voor elektriciteitskosten gemaakt tussen 1 januari 2025 en 31 december 2025. Voor eerdere periodes moeten de kosten nog steeds op basis van de werkelijke waarde worden berekend. Na 1 januari 2026 vervalt deze administratieve tolerantie, waarna de fiscus zal evalueren of verlenging noodzakelijk is.
Eerste kwartaal van 2025 | |
---|---|
Vlaanderen | € 0,2822/kWh |
Brussel | € 0,3294/kWh |
Wallonië | € 0,3256/kWh |